Het kabinet wil het sterk teruglopende aanbod van huurwoningen in de middensector tegengaan door particuliere verhuurders meer ruimte te geven bij het bepalen van de hoogte van de huur. Uit het voorstel blijkt niet of en zo ja in hoeverre de wijzigingen zullen leiden tot behoud van particuliere huurwoningen. Het college adviseert daarbij mogelijk minder belastende (fiscale) maatregelen te bezien, die geen impact hebben op de betaalbaarheid voor huurders. Dat schrijft ATR in een advies aan de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO).
Context
Als gevolg van eerdere regulering van middenhuren is het rendement van investeerders op particulier vastgoed gedaald. Direct gevolg daarvan is dat het aanbod van huurwoningen in dit segment sterk is gedaald. Het kabinet wil met aantal wijzigingen in het Woningwaarderingsstelsel (WWS) particuliere verhuurders meer ruimte bij het vaststellen van de hoogte van de huur. Met als doel behoud van particuliere huurwoningen.
Probleemanalyse en effectiviteit
De afgelopen jaren zijn diverse maatregelen ter regulering van de vrije huurmarkt op elkaar gestapeld. Vooral deze stapeling lijkt het probleem te zijn van zogenoemde uitponding van middenhuurwoningen. Het voorstel bevat enkele beperkte wijzigingen van het WWS-stelsel en een verruimde mogelijkheid om aan studenten tijdelijk te verhuren. Uit het toelichting van dit voorstel blijkt niet of en in welke mate deze maatregelen het probleem van verkoop van particuliere huurwoningen tegengaat. Het nut en noodzaak van het voorstel staat hiermee ter discussie, terwijl wel duidelijk is dat de maatregelen zorgen voor een complexer WWS-systeem.
Alternatieven
Het voorstel brengt geen nieuwe verplichtingen met zich mee, maar maakt het toch al ingewikkelde WWS-stelsel en het huurstelsel nog complexer. Terwijl er mogelijk minder belastende alternatieven voorhanden zijn. Fiscale maatregelen hebben weliswaar budgettaire effecten, maar lijken effectiever om middenhuurwoningen te behouden zonder dat dit gevolgen heeft voor de betaalbaarheid voor huurders. Bijkomend voordeel van fiscale maatregelen is dat grotere complexiteit van het WWS en het huurstelsel in brede zin kan worden voorkomen. Dit is minder belastend voor verhuurders en huurders.
Evaluatie
De Wet betaalbare huur, en daarmee ook de werking van het WWS, wordt in 2027 geëvalueerd. De effecten van voorliggende voorstel zullen op z’n vroegst bij de evaluatie van de Wet vaste huurcontracten in 2029 worden bekeken. Logischer zou het zijn evaluaties in samenhang uit te voeren. ATR biedt aan om hierbij te helpen, bijvoorbeeld door de regeldrukeffecten en werkbaarheid te toetsen.