Het kabinet wil de milieu-impact van de grond-, weg- en waterbouw (GWW) verlagen door uniforme en verplichte milieuprestatie-eisen te stellen bij aanbestedingen. Hoewel aangescherpt kan het voorstel nog duidelijker maken in hoeverre de gewenste uniforme toepassing van milieuprestatie-eisen gestalte met dit wetsvoorstel gestalte gaat krijgen. Ook kan het voorkomen van onnodige dubbele lasten scherper als prioriteit verwoord worden. Dit schrijft ATR in een aanvullende zienswijze aan de Staatssecretaris van Infrastructuur & Waterstaat (I&W).

Context

Het voorstel bestaat uit twee onderdelen: het verplicht stellen van minimale milieuprestatie-eisen voor materialen zoals beton en asfalt. Daarnaast worden milieuprestaties opgenomen als gunningscriterium bij aanbestedingen. In augustus 2025 bracht ATR advies uit op het wetsvoorstel. Mede aan hand daarvan heeft het kabinet de onderbouwing aangevuld.

Aanvullende zienswijze

In het nieuwe wetsvoorstel heeft het kabinet de meeste adviespunten goed verwerkt. Op onderdelen kan de onderbouwing nog altijd beter. Zo beschrijft het wetsvoorstel nu onder welke omstandigheden aanbestedende diensten mogen afwijken van de in het wetsvoorstel geformuleerde basiseisen. Hieruit blijkt nog steeds niet of en zo ja in hoeverre deze diensten hier gebruik van zullen maken.

Mogelijk dubbele lasten

Ook beschrijft het wetsvoorstel dat parallelle EU-wetgeving mogelijk tot onnodige dubbele lasten kan leiden. Wat ontbreekt is een toezegging dat het voorkomen van deze onnodige dubbele lasten prioriteit heeft. Bovendien is de regeldruk nog steeds niet voldoende in kaart gebracht.

De formele titel van het wetsvoorstel luidt Wijziging van de Wet milieubeheer in verband met de invoering van de verplichting tot het stellen van milieuprestatie-eisen in aanbestedingen voor grond-, weg- en waterbouwwerken.